Analyse van de spontane taal bij verworven kinderafasie: een gevalsstudie met een 12 jaar follow-up
Samenvatting
Wij berichten over een patiënte met een vloeiende afasie verworven op 9-jarige leeftijd. Spontane taalkarakteristieken werden geanalyseerd in de acute periode en twaalf jaar post-onset om na te gaan waarom zij op volwassen leeftijd nog steeds onmiddellijk herkenbaar was aan haar manier van praten. Video- en audio-opnames werden beoordeeld aan de hand van verscheidene variabelen waaronder gemiddelde uitingslengte (MLU), Type-Token Ratio (TTR) en spreeksnelheid. Aansluitend hebben we ook aandacht gehad voor enkele pragmatische aspecten van haar communicatie (vooronderstelling en topic-maintenance). In de acute periode resulteerden woordvindingsproblemen in het gebruik van circumscripties, vervangingen door de bovencategorie, verbale en literale parafasieën en conduites d’approche. Haar spraak was vloeiend, logorrheïsch en semantisch leeg. Wij zijn van mening dat zij nog steeds herkenbaar was omwille van een combinatie van factoren: a) er was geen significant verschil tussen de acute periode en het follow-up onderzoek voor wat betreft MLU en TTR, b) de aanwezigheid van lichte doch persisterende woordvindingsproblemen met gelijkaardige strategische adaptaties en c) een onaangepaste pragmatische interactie (onaangepaste antwoorden, vooronderstelling en topic-maintenance) en een onsamenhangende en gefragmenteerde discours als gevolg van de anaforische problemen en het blijvende gebrek aan cohesie, expliciete informatie en accuraatheid. Tenslotte, de paralinguïstische aspecten van haar verbale output waren, subjectief gezien, dezelfde in de 3 taalsamples.