Artikelen

Werkwoordsmorfologie bij kinderen met ontwikkelingsdyslexie: grammaticaliteitsbeoordelingen en spontane taal

Auteurs

  • Judith Rispens Rijksuniversiteit Groningen, Graduate school for Behavioral and Cognitive Neurosciences
  • Susan Roeleven Rijksuniversiteit Groningen, Graduate school for Behavioral and Cognitive Neurosciences
  • Charlotte Koster Rijksuniversiteit Groningen, Graduate school for Behavioral and Cognitive Neurosciences

Samenvatting

Ontwikkelingsdyslexie is een specifieke stoornis in het ontwikkelen en automatiseren van lees- en schrijfvaardigheden. Recent onderzoek heeft laten zien dat ook de ontwikkeling van grammaticale en lexicale vaardigheden in de gesproken taal kan afwijken vergeleken met kinderen zonder leesproblemen. Deze studie was opgezet om inzicht te krijgen in de gevoeligheid voor werkwoordsvervoeging bij Nederlandstalige dyslectische kinderen. Een analyse van het gebruik van werkwoordsmorfologie in de spontane taal wijst uit dat dyslectische kinderen significant meer fouten hiermee maken dan hun leeftijdsgenootjes. Resultaten op een grammaticaliteitsoordeeltaak laten zien dat ongeveer de helft van een groep dyslectische kinderen significant meer moeite heeft met het discrimineren tussen grammaticale zinnen en zinnen met een foute werkwoordsvervoeging dan hun leeftijdsgenootjes en kinderen met hetzelfde leesniveau. Deze data benadrukken de individuele verschillen die eerder gevonden waren bij Engelstalige dyslectische kinderen voor wat betreft hun gesproken taalvaardigheid en laten zien dat ook na de kleuterleeftijd (subtiele) problemen met werkwoordsvervoeging aanwezig kunnen zijn. Onderzoek is nodig om de invloed van het verbeteren van morfosyntactische vaardigheden op het leren lezen vast te stellen, aangezien een dergelijke aanname gedaan kan worden op basis van leesmodellen.

Gepubliceerd

2004-03-01

Nummer

Sectie

Artikelen