Artikelen

Selectieve elektrische stimulatie bij doven met een cochleair implantaat

Auteurs

  • L.H.M. Mens Afdeling KNO, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
  • J.J.S Mulder Afdeling KNO, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
  • P. van den Broek Afdeling KNO, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen

Samenvatting

Spraakwaarneming is niet mogelijk zonder de opsplitsing in verschillende frequentiebanden zoals die in het gezonde slakkenhuisplaatsvindt. Een cochleaire slechthorendheid tast deze frequentieselectiviteit aan. Bij doofheid kan een cochleair implantaat (Cl) toegepast worden om de gehoorzenuw elektrisch te prikkelen. Het ligt voor de hand te denken dat dit het beste kan door een groot aantal elektroden te gebruiken die elk een apart stukje van het frequentiegebied overdragen. Een beperkende factoris het aantal perceptief onafhankelijke kanalen, onder andere vanwege het breed uitwaaieren van de elektrische stimulus vanuit de elektrode in het goed geleidende perilymfe. Er bestaat in toenemende mate aandacht voor de positionering van de elektroden in het slakkenhuis met als doel het verbeteren van de spatiele selectiviteit van stimulatie. Hiermee raakt een oudere benadering op de achtergrond, namelijk die waarbij het CI-systeem spraak reduceert tot een beperkt aantal kenmerken met als doel de gehoorzenuw zo min mogelijk te belasten. Voldoende selectieve elektroden openen de weg naar het prikkelen van de gehoorzenuw op vele plaatsen tegelijkertijd, mogelijkerwijs met een signaal dat aansluit bij de “natuurlijke” stimulus voor elke plaats in het slakkenhuis. Deze en andere ontwikkelingen geven de hoop dat de verbeteringen in de resultaten van CI die de laatste jaren behaald zijn, doorgetrokken kunnen worden.


Gepubliceerd

2000-06-01

Nummer

Sectie

Artikelen