Artikelen

Spraakperceptie van dove baby’s met een cochleair implantaat: een overzicht

Auteurs

  • Ellen Gerrits Centre for Language and Cognition (CLCG), Faculty of Arts & Research School for Behavioural and Cognitive Neurosciences (BCN), University Medical Centre; University of Groningen

Samenvatting

Dit artikel beschrijft de eerste bevindingen van studies naar de spraakperceptie van dove baby’s met een cochleair implantaat (CI). Er is nog vrijwel niets bekend over de eerste stappen in de taalverwerking van deze jonge kinderen. Dit is niet zo verwonderlijk aangezien het slechts sinds een paar jaar mogelijk is dove kinderen op zeer jonge leeftijd, namelijk tijdens het eerste levensjaar, te implanteren. Hierdoor is een bijzondere groep dove kinderen ontstaan: baby’s die na een relatief korte periode van auditieve deprivatie gaan horen via een CI, tijdens de startfase van hun cognitieve, sociaal-emotionele, en taalontwikkeling. Er wordt verwacht dat deze kinderen maximaal zullen profiteren van de plasticiteit van het brein en de ‘sensitieve’ periode van de taalverwerving. Om de spraakperceptie van dove baby’s met CI in kaart te brengen werd gebruik gemaakt van luisterexperimenten die tot nu toe alleen zijn toegepast bij horende baby’s. Uit de resultaten blijkt dat dove baby’s, slechts na enkele maanden CI gebruik, in staat te zijn om grove verschillen in spraak van elkaar te onderscheiden en auditieve en visuele informatie kunnen integreren, een voorwaarde voor het leren van woorden. Helaas lijken de individuele data vooralsnog niet betrouwbaar genoeg om ingezet te kunnen worden voor de klinische evaluatie van het effect van CI. Onderzoek in de toekomst zal meer duidelijkheid moeten scheppen in wat dove baby’s met CI kunnen waarnemen van de woordenbrij om hen heen.

Gepubliceerd

2006-03-01

Nummer

Sectie

Artikelen