Artikelen

De effectiviteit van vroeg ingezette cognitief-linguïstische- en communicatieve therapie voor afasie na een beroerte: een gerandomiseerde gecontroleerde trial (RATS-2)

Auteurs

  • Marjolein de Jong-Hagelstein Afdeling Neurologie, Erasmus MC, Rotterdam
  • Mieke van de Sandt-Koenderman
  • Niels Prins
  • Diederik Dippel
  • Peter Koudstaal
  • Evy Visch-Brink

Samenvatting

Achtergrond: De twee belangrijkste benaderingen in afasietherapie zijn cognitief- linguïstische therapie (CLT), gericht op het herstellen van de aangedane linguïstische niveaus - de semantiek, de fonologie of de syntaxis - en communicatieve therapie, gericht op het optimaliseren van informatieoverdracht door het trainen van compensatiestrategieën en gebruik van resterende taalvaardigheden. We onderzochten de hypothese dat CLT effectiever is dan communicatieve therapie in de vroege fase na een beroerte. Methoden: In deze multicenter, gerandomiseerde studie met parallelle groepen en geblindeerde beoordeling van de primaire uitkomstmaat zijn 80 patiënten met afasie na een beroerte binnen drie weken post onset geïncludeerd. Patiënten kregen gedurende zes maanden minimaal twee uur per week afasietherapie, te weten CLT, bestaande uit semantische en/of fonologische therapie, of communicatieve therapie. Patiënten werden vóór de therapie en op drie en zes maanden geëvalueerd met de Amsterdam-Nijmegen Test voor Alledaagse Taalvaardigheden (ANTAT-A, primaire uitkomstmaat) en semantische en fonologische tests (secundaire uitkomstmaten). Het effect van de interventie werd getoetst door middel van covariantieanalyse, gecorrigeerd voor baseline scores. Resultaten: Er was geen verschil tussen de gemiddelde ANTAT-A scores van de CLT-groep (n = 38) en de communicatieve-therapiegroep (n = 42), noch op drie maanden post onset (gecorrigeerd verschil 1,5; 95% betrouwbaarheidsinterval -2,6 tot 5,6) noch op zes maanden (gecorrigeerd verschil 1,6; 95% betrouwbaarheidsinterval -2,3 tot 5,6). Op twee van de zes specifieke semantische en fonologische tests verschilden de gemiddelde scores significant ten gunste van CLT. Conclusie: Wij vonden geen eenduidig bewijs dat patiënten met afasie na een beroerte meer profiteren van CLT, die de onderliggende semantische en fonologische processen beoogt te activeren, dan van meer algemene communicatieve therapie.

Gepubliceerd

2012-06-06

Nummer

Sectie

Artikelen