Artikelen

Geschiedenis van de afasiologie: Franz Joseph Gall (1758-1828)

Auteurs

  • E.A. Veldkamp Centre for Language and Cognition (CLCG), Faculty of Arts & Research School for Behavioural and Cognitive Neurosciences (BCN), University Medical Centre; University of Groningen
  • R.S. Prins

Samenvatting

Eind 18e eeuw introduceerde Franz Joseph Gall (1758-1828) het concept van discrete corticale lokalisatie van mentale functies in de wetenschappelijke wereld. Op basis van het bevoelen van de schedel (‘cranioscopie’) onderscheidde en lokaliseerde hij 27 faculteiten waaronder het taalvermogen, dat hij als eerste in de frontale cortex plaatste. Broca’s ontdekking van het spraakcentrum in 1861 was de uitkomst van het lokalisatiedebat dat in reactie op de ideeën van Gall ontstond. In dit artikel wordt aandacht besteed aan Gall’s plaats in de geschiedenis van de wetenschap, zijn leven, leerstelsel en de ‘frenologie’, een latere aanpassing van het leerstelsel die vooral gericht was op sociale hervorming. Gall werd tijdens zijn leven geprezen als neuroanatoom vanwege een aantal belangrijke neuroanatomische ontdekkingen, maar de reacties op zijn leerstelsel waren wisselend. Halverwege de 19e eeuw was zijn ‘organologie’ verworpen als serieuze wetenschappelijke doctrine, waarna het nog tot het begin van de 20e eeuw voortleefde als een vorm van karakteranalyse uitgevoerd door ‘praktische frenologen’, die tegen betaling schedels lazen. Het leerstelsel dat begin 19e eeuw plausibel werd geacht komt ons vandaag de dag absurd voor, maar wellicht wordt over honderd jaar hetzelfde oordeel geveld over onze huidige ideeën en methoden van onderzoek inzake de relatie tussen taal en hersenen.

Gepubliceerd

2008-03-01

Nummer

Sectie

Artikelen