Artikelen

Stabiliteit spontane taal bij chronische milde afasie

Auteurs

  • Nienke Wolthuis
  • Carolina Mendez Orellana
  • Femke Nouwens
  • Roel Jonkers
  • Evy Visch-Brink
  • Roelien Bastiaanse

Samenvatting

Een spontane-taalanalyse bij afasie is een belangrijke toevoeging om de linguïstische en communicatieve mogelijkheden in kaart te brengen, een passend therapieplan op te stellen en de mate van vooruitgang te meten. In het onderhavige onderzoek wordt bij een groep van tien mensen met een milde afasie in de chronische fase onderzocht hoe stabiel de spontane taal is binnen een interview. Uit de spontane-taalinterviews zijn twee keer 300 woorden getranscribeerd en geanalyseerd volgens de Analyse voor Spontane Taal bij Afasie (ASTA; Boxum, Van der Scheer & Zwaga, 2010). Van veertien linguïstische variabelen is bekeken of er verschil is tussen de scores in de eerste en tweede 300 woorden. Ook is onderzocht of het gespreksonderwerp en de emotionele lading ervan invloed hebben op het taalgebruik. De scores op de linguïstische maten blijken stabiel te zijn gedurende een interview, met uitzondering van het aantal semantische parafasieën en het aantal seconden onverstaanbaar. Een verandering van het gespreksonderwerp blijkt geen significante invloed te hebben, maar de emotie die erbij beleefd wordt wel. Bij een negatieve emotie worden meer lexicale werkwoorden en minder zelfstandige naamwoorden gebruikt dan bij een positieve emotie. Toch lijkt een spontane-taalanalyse een stabiel en betrouwbaar beeld te geven van de taalproductie. Vervolgonderzoek kan uitwijzen of dit ook geldt voor andere fasen van afasie.

Gepubliceerd

2014-11-20

Nummer

Sectie

Artikelen